Intentioneel leven, een gebruiksaanwijzing
Toen ik als tiener begon te bloggen, keek ik vooral op naar Nederlandse jongens als Ronald ‘Nalden’ Hans en Alexander Klöpping. Een van hen, Ernst-Jan Pfauth, schreef in 2012 een boekje dat Gij Zult Bloggen heet en me in 10.000 woorden deed inzien dat mijn online thuishaven meer kon zijn dan een verzameling losse stukjes.
Ernst en ik hebben een zeer gelijklopend parcours achter de rug, want nadat we allebei vrij vroeg met onze blogs begonnen, kregen we kansen en later een baan in de reguliere media. Daar vonden we beiden dat het te traag ging, waarna we als twintiger een eigen bedrijf begonnen. Tussendoor gaf-ie me op een huisfeestje ook nog een levensveranderend duwtje in de rug om bij de BKB Academie te gaan. ‘Thomas is een Belgische zielsverwant’, had Ernst geschreven bij de aankondiging van een artikel dat ik mocht schrijven op De Correspondent, zijn “journalistiek platform tegen de waan van de dag”. Dat is een heel mooi compliment — al is er een groot verschil tussen Ernst en ik: hij is een pak onrustiger.
Klinkt gek uit de mond van een ADHD’er, maar ik heb het over een andere onrust. Ernst is namelijk continu op zoek naar manieren om dingen beter te doen. Werk, relaties, sport, lezen… leven, quoi. ‘Hij is gefascineerd door de maakbaarheid van de mens en het idee dat we door lectuur een betere versie van onszelf kunnen worden’, schreef iemand ooit toen Ernst voor De Correspondent meer dan 100 zelfhulpboeken las en analyseerde.
Vaak zijn dat boeken met tips die in theorie allemaal zeer aardig klinken, maar die je in realiteit nog geen drie dagen kan volhouden. ‘Sta voor zonsopgang op en kijk het eerste uur niet op je smartphone’, ‘drink elke dag drie liter water’, ‘lees minstens vier boeken per week’… Goedbedoeld, maar ain’t nobody got time for that.
Wat geeft voldoening?
Dat besefte Ernst ook, want ondanks alle boeken die hij las en gesprekken met experten die hij had, bleef hij onrustig. Tot hij voor zichzelf, beetje bij beetje, een houvast uitwerkte. Die zag ik de afgelopen jaren ontstaan in zijn artikelen, nieuwsbrief, Notion-templates… Het concept “intentioneel leven” kreeg vorm.
Intentioneel leven is, aldus Ernst, bewust kiezen voor dingen die je voldoening geven. ‘Door intentioneel te leven besteed ik meer tijd aan activiteiten die me wél echt gelukkig maken’, klinkt het. Zo zegt hij ergens in de inleiding van het boek: ‘Ik heb vaker de rust om te genieten van een moment, zonder dat ik bedenk hoe ik die beleving kan laten renderen met likes en views van mensen die ik amper ken.’
Van een spiegel gesproken.
Zeven simpele gewoontes
Ernst ziet de dingen waar we aandacht aan kunnen besteden als “gelukmakers” en “gelukskrakers”. Die eerste zijn de zaken die er echt toe doen, die tweede zijn datgene wat ons kortstondig misschien geluk lijkt te brengen, maar die ons geen diepgaande voldoening kunnen geven. Door te focussen op die gelukmakers kun je intentioneel leven.
Meer zelfs: door je gewoontes te veranderen kun je een vliegwieleffect creëren, dat ervoor zorgt dat je steeds gelukkiger wordt. Ernst heeft het over het veranderen van zeven simpele gewoontes die zo een hefboom kunnen vormen:
- Omarm uitstelgedrag om vooruit te komen. Wat stel je uit, maar zou een groot verschil maken als je er nu gewoon aan begint?
- Vind plezier in mislukkingen. Hoe kun je je aandacht verleggen van presteren naar leren?
- Zoek innerlijke rust buiten jezelf. Wat kun je vandaag doen voor een ander?
- Durf de zoetsappigheid van dankbaarheid aan. Waar ben je dankbaar voor, en waarom?
- Koop controle over je tijd. Welke financiële besparing kun je doorvoeren voor meer controle over je tijd?
- Kies wat je laat verslonzen. Waar kun je ‘nee’ tegen zeggen voor een belangrijke ‘ja’?
- Leg je waarden vast. Wanneer ging je voor het laatst na welke waarden belangrijk voor je zijn?
Klinkt misschien als zweverige bullshit, is het niet. ‘Het goeie is dat hij gewoon normaal schrijft, allez, het is echt een chille dude’, zei een van mijn collega’s die het boek na mij was beginnen lezen. 10/10 goede recensie. Ieder hoofdstuk begint met het beschrijven waarom iets belangrijk is, en wordt afgesloten met een aantal concrete tips om ermee te beginnen.
Zo zeggen veel zelfhulpboeken dat je vooral rust in jezelf moet vinden — waarna mensen massaal naar Bali trekken of heel individualistisch gaan denken — terwijl Ernst het net omdraait. Hij legt ook uit hoe je voor jezelf kunt nagaan waar je eigenlijk voor staat, en hoe je dat concreet kan neerschrijven.
Een van de lessen uit het boek is bijvoorbeeld deze: ‘Als je vrijheid ziet als einddoel, voelt het altijd betekenisloos. Want vrijheid op zichzelf is niets. Pas als je vrijheid ziet als een middel dat je kunt inzetten voor iets wat je belangrijk vindt, kun je betekenis ervaren.’
Wat blijft hangen
Ik las het boek in één ruk uit. Ernst weet hoe hij vlot kan schrijven, en doordat hij een kennisspons is die zo veel wil vertellen, is alles gestript tot de essentie. Het voelt op dat vlak als Grip, het boek van Rick Pastoor dat je slimmer doet werken en dat mijn leven veranderde. Niet doordat ik alles klakkeloos overnam, maar door te experimenteren en zo enkele tips blijvend te implementeren.
Het is nog te vroeg om te weten of Intentioneel leven ook zo’n impact zal hebben, al zijn er een kleine week na het lezen ervan enkele zinnen die blijven hangen:
‘Om betekenis en geluk te ervaren moet je streven naar afhankelijkheid in plaats van onafhankelijkheid. Naar verbintenissen in plaats van vrijblijvendheid. En naar gedeelde vreugde in plaats van persoonlijk geluk.’
‘Slim omgaan met geld is cruciaal voor een intentioneel leven. Het helpt je afleiding te weerstaan en stelt je in staat om onafhankelijke keuzes te maken.’
‘We houden onszelf voor dat werken het leven zin geeft, en dat doen we om onszelf af te leiden van onze onzekerheden, angsten en twijfels over de ware zin van het bestaan.’
‘Ik besteed altijd zonder enige moeite vervelende verplichtingen uit aan mijn toekomstige zelf. Daarom probeer ik nu altijd te bedenken: stel dat deze afspraak vanavond zou zijn, heb ik er dan zin in?’
Dat laatste heb ik alvast toegepast in de realiteit, toen ik deze week twee vragen kreeg om ergens over een paar maanden een lezing te geven en in een panelgesprek te zetelen. In beide gevallen ging het om een evenement voor een doelgroep die niet per se de mijne was, door een organisatie die weinig budget had, en zou ik een avond moeten opofferen die ik ook met familie of vrienden had kunnen doorbrengen. Daar waar ik vroeger al snel ‘ja’ zou hebben gezegd want ‘ik heb in mei nog niet echt plannen staan’, redeneerde ik nu zoals Ernst zou doen. Zo staat het boek — en de bijbehorende templates in Notion — vol tips die me zullen helpen om bewust te kiezen voor dingen die me voldoening geven. Zoals Ernst zelf schrijft: kleine stappen, groot verschil.